Nederland is vijfde in de lijst van wapenexporteurs. Nederland heeft in 2008 voor een recordbedrag van bijna 1,3 miljard euro wapens geëxporteerd. Nederland exporteert vooral overtollig defensiematerieel (tanks, fregatten), marineschepen, vliegtuigonderdelen en radarsystemen.
Wil je wapens effectief verkopen dan moet je ook weten of ze werken. Het uittesten van wapens is een deel van de reden dat Nederland haar troepen uitzendt naar landen om gevechtshandelingen te verrichten.
Dat zorgt niet alleen voor een goed getraind leger, het betekent ook dat de wapenindustrie kan blijven draaien. Wapens die worden gebruikt, moeten op een gegeven moment worden vervangen, liefst door een nog effectiever model.
Wat wapens onmogelijk kunnen onderscheiden is een terrorist van een burger. Dat onderscheid moeten de soldaten maken. Dat draagt er toe bij dat een soldaat kostbaar is. In gevechtssituaties wordt vaak de beslissing genomen om de soldaten terug te trekken omdat de risico’s te groot worden dat zij sneuvelen. Het betekent dat de terroristen vrij spel hebben om onder de bevolking angst en verderf te zaaien en zo de “peacekeeping” doelstelling van een leger ondergraven.
Dat weten terroristen en daarmee hebben zij een effectief middel om (de regering van) een leger te bewegen om de strijd te staken.
Maakt dit gegeven het gemakkelijker om te besluiten of een leger moet worden uitgezonden?
Vermoedelijk niet, maar het ondersteunt de gedachte dat er best een hard financieel plafond kan worden gesteld aan de investering dat een land doet in de bijdrage aan de vrede. Meer geld en troepen leiden namelijk niet probleemloos tot meer vrede.